Noord - Tunesië


 

Tunis

In de Medina
In de Medina

Tunis is de hoofdstad van de Republiek Tunesië en ligt aan de Middelandse Zee ( Golf van Tunis ). In het centrum van de stad ligt de 270 hectare groot oude Medina dat oorspronkelijk geheel ommuurd was maar door de Fransen is afgebroken. De ingang tot de Medina vormt o.a. de Bar el-Bar poort ( zeepoort ) uit 1848. De Medina heeft sfeervolle straatjes en steegjes en een overdekte Souk met vele winkeltjes en ambachtlieden zoals, Parfumwinkels, tapijthandelaren, koperslagers, pottenbakkers en wolververs.

Sinds 1979 staat de Medina op de werelderfgoedlijst van de Unesco.

De Zitouna Moskee ( Moskee van de Olijfboom ) is de belangrijkste moskee in de stad, de bouw is oorspronkelijk begonnen in 732 en voltooid in 864. De 44 meter hoge minaret dateert uit 1894.

 

Bardo Museum

Nationaal Museum Bardo in Tunis
Nationaal Museum Bardo in Tunis

  Het Bardo Museum was vroeger een Moors Paleis dat dienst deed als residentie voor de Tunesische Beys ( De Bey van Tunis, was vroeger een machtige gouverneur die in de praktijk regeerde als een autonome vorst ). Tegenwoordig worden hier de mooiste archeologische schatten van Tunesië tentoongesteld. Dankzij de collectie van mozaïeken, verwierf het Bardo Museum een internationale reputatie voor de rijkste en de meest uiteenlopende collectie. De Romeinse collectie mozaïeken behoren tot de belangrijkste in de wereld.

Het Museum ligt iets te westen van het centrum van Tunis. ( ma. gesloten )

Info:  http://www.patrimoinedetunisie.com.tn/eng/musees/bardo.php

http://looklex.com/tunisia/tunis.htm

www.dewereldreizigers.be/Tunesie/albumtunesie/tunesie.htm

www.ontdektunesie.nl

 


 

Carthago

Ruines van Carthago
Ruines van Carthago

Carthago is gelegen aan de oostelijke kant van Tunis en werd ongeveer in 814 voor Christus gesticht door de Feniciërs. In 146 voor Christus werd Carthago verwoest door de Romeinen en een eeuw later, na drie Punische oorlogen , werd de stad herbouwd in 44 voor Christus door Julius Caesar.

 

De eerste Punische oorlog werd vooral op zee uitgevochten tussen 264 en 241 voor Christus, waarbij de Romeinen de macht veroverden. De overheersing van de Carthaagers kwam hiermee ten einde.

In de tweede Punische oorlog trok Hannibal met 40.000 man en 300 olifanten over de Alpen om Rome te belegeren. Dit eindigde in een Carthaagse overwinning bij Cannae en heeft geleid tot een ernstige bedreiging van de Romeinse overheersing in Italië. Carthago kwam echter zwakker te staan na de nederlaag van Hannibal in de strijd bij Zama in 202 voor Christus.

In 149 voor Christus begon de derde Punische oorlog. De aanleiding was een reaktie van Carthago op de voortdurende aanvallen op haar grondgebied door Numidiërs, die inmiddels bondgenoten waren van Rome. In 146 voor Christus werd Carthago door de Romeinen verwoest en een eeuw later weer door de Romeinen herbouwd.

 

Carthago werd gebouwd op een landtong met inhammen aan zee, naar het noorden en het zuiden. De locatie van de stad was zeer belangrijk vanwege de handel in de Middellandse Zee. Alle schepen moesten Carthago passeren en dat gaf hun een grote macht en veel invloed. Er werden twee kunstmatige havens gebouwd, één voor de 220 oorlogsschepen en de andere voor de handel. Een ommuurde toren overzag beide havens.

De stad had massieve muren van 37 km. lang en binnen de muren lag een enorme begraafplaats, gemeentehuis,marktplaatsen, torens, een religieus gebied en een theater. Ongeveer in het midden stond een citadel, de Byrsa.

Het bleef een van de belangrijkste Romeinse steden tot de Islamitische verovering en het werd verwoest in 698.

 

Er zijn overblijfselen te zien uit de Romeinse tijd van o.a. een Amfitheater en de Baden van Keizer Antonius, die tot de grootste baden behoorden die door de Romeinen zijn gebouwd.

Een prachtig uitzicht over Carthago heeft men vanaf het nabijgelegen Byrsa Hill, waar ook het Carthago Museum staat. Hier worden mozaieken, beelden en objecten getoond uit de periode voordat Carthago werd verwoest door de Romeinen in 146 voor Christus.

Info:  whc.unesco.org/en/list/37

www.sacred-destinations.com/tunisia/carthage

http://www.roman-empire.net/republic/carthage.html


 

Sidi Bou Said

Sidi Bou Said
Sidi Bou Said

Sidi Bou Said ligt ongeveer 20 km. ten noordoosten van Tunis en is prachtig gelegen op een klif, met uitzicht op Carthago en de baai van Tunis. De witte huizen hebben blauwe erkers, vensters en met klinknagels beslagen blauwe houten deuren. Veel huizen zijn begroeid met schitterende bouganvilleas of rozen.

 

Dar El Annabi was de residentie van de Mufti El Annabi ( een Islamitische geleerde ) en is gebouwd in de 18e eeuw. Het gebouw heeft 50 kamers en stond bekend als Palace of Arabian Nights. De Annabi familie is nog steeds eigendom van het huis, welke deels open is voor het publiek. De toegangsprijs is inclusief een glas thee.

 

Sidi Bou Said is een populaire toeristische bestemming en zeer in trek bij kunstenaars, veel hebben hier gewoond zoals, Paul Klee en August Macke. De Duitse schilder August Macke heeft het Café des Nattes wereldberoemd gemaakt. Café des Nattes ligt aan de hoofdstraat en vanaf het plein bij het Café loopt een weg omhoog naar de vuurtoren, die 129 meter boven de zee uitsteekt. Vanaf Café Sidi Chebaane heeft men een prachtig uitzicht over de jachthaven.

Info:  photos.linternaute.com/paysville/186083/sidi-bou-said/


 

Sousse

Ribat
Ribat

Sousse ligt in het noordoosten van het land aan de Golf van Hammamet en wordt ook wel de "Parel van de Sahel" genoemd.

Sousse is de derde stad van Tunesië, na Tunis en Sfax. 

 

 In de 11e eeuw voor Christus werd de stad door de Feniciërs gesticht en kreeg het de naam Hadrumetum.

De stad sloot een pact met Rome tijdens de Punische oorlog, waardoor het ontsnapte aan verwoesting van de stad.

In 439 namen de vandalen de stad over en werd het omgedoopt tot Hunerikopolis en in 534 heroverde de Byzantijnse Keizer Justinianus de stad en kreeg het de naam Justinianopolis.

In de 7e eeuw na Christus veroverden de Arabieren de stad en hernoemden de stad Soussa.

Eeuwen later, in de 12e eeuw, werd Soussa bezet door Noormannen, weer later door Spanjaarden en in de 18e eeuw door de Venetianen en de Fransen. De Fransen noemden de stad Sousse.

 

Met de Ribat, Kasbah, de Wallen, Bou Ftata Moskee en de Grote Moskee is de Medina van Sousse een prachtig voorbeeld van hoe men vroeger leefde. De Medina werd ontworpen volgens de Meridian-as principe en loopt van Bab el Kabli aan de Ribat en de oude haven, tot Bab el Jedid aan de Bab el Gharbi.  De Medina heeft open en overdekte bazaars. Sinds 1998 staat de Medina op de werelderfgoedlijst van de Unesco.

 

De Ribat is het oudste monument in de Medina en tevens een van de mooiste en best bewaarde forten.

In 821 zijn de Aghlabieden met de bouw van de Ribat begonnen, het was voornamelijk bedoeld als een fort tegen aanvallen uit het buitenland.

Rond de binnenplaats waren aan drie zijden de cellen voor de soldaten en aan de zijde bij de ingang lag de gebedshal. Via een smalle trap kan men naar de uitkijktoren ( Nador ) klimmen, dat ook diende als minaret, voor een prachtige uitzicht over de Medina en de binnenplaats van de Moskee.

 

De Grote Moskee bevindt zich aan de oostelijke ingang van de Medina , dichtbij de Muur en de Ribat. Het gebouw dateert uit de 9e eeuw en is gebouwd door de Aghlabieden op de plaats van een oude Kasbah uit 850 en uitgebouwd tijdens de 10e en 17e eeuw. De Moskee lijkt meer op een fort dan op een plaats van gebed en heeft geen minaret.

Het geheel is omgeven door een kantelen muur en twee wachttorens aan zeezijde. De binnenplaats is omringd door Arcades en een gebedsruimte uit de 17e eeuw.

 

De Catacomben van Sousse is een ondergrondse begraafplaats ten westen van de medina. Het werd in 1888 door de Franse Kolonel Vincent ontdekt. Het is de enige in Tunesië die voor het publiek geopend is. De tunnels waren oorspronkelijk  meer dan 5 km. lang en bevatten tenminste15.000 graven, daterend uit het einde van de eerste eeuw na Christus. Het gedeelte van de  tunnel dat geopend is voor bezoekers staat ook bekend als, Catacombe van de Goede Herder en strekt zich uit over 1.6 km. en heeft ongeveer 6000 graven. De graven in de muren van de tunnel zijn gestapeld met verschillende verdiepingen en werden met tegels of een marmeren plaat afgesloten. Door verstedelijking zijn vele delen van de Catacomben niet opgegraven.

Info:  http://www.nachoua.com/Sahel/Sahel.htm


 

Monastir

Mausoleum van Habib Bourquiba
Mausoleum van Habib Bourquiba

De oorsprong van Monastir gaat terug tot in de Punische tijd en gebouwd op de ruines van de Romeinse stad Ruspina. De stad heeft een goed bewaard gebleven Ribat en werd gebruikt om aanvallen van vijandige schepen vroegtijdig waar te nemen.

Tegenwoordig is Monastir een belangrijke vakantiebestemming, met een mooi zandstrand buiten de stad ( richting Sousse ). Bij de Jachthaven heb je veel restaurants en cafés en is daardoor een levendige plek in Monastir.

 

  Mausoleum van Habib Bourguiba:

Als jongste van acht broers en zusters werd Bourguiba geboren op 3 augustus 1903 in Monastir. Hij werd in maart 1956 de eerste president van Tunesië en is in 1957 door het Nationaal Esemblee uitgeroepen tot president voor het leven. Hij bleef president tot en met 6 november 1987 en is op 6 april 2000 overleden. Op 8 april is hij begraven in het Familie Mausoleum. De bouw van het Mausoleum is begonnen in 1963, in opdracht van Bourguiba. Het heeft veel gelijkenissen met een moskee. aan het begin van het Mausoleum staan twee minaretten. In het centrale gedeelte staat een gebouw met een grote gouden koepel, met daarin het graf van Bourguiba. In de gebouwen ernaast, met de groene koepels, zijn de graven van zijn ouders en zijn eerste vrouw

 

Palm Karting Monastir:

Deze Palm Karting Monastir ( in de buurt van het vliegveld ) heeft twee banen, een voor kinderen en een voor vowassenen met een lengte van 986 meter.

Op de site is een cafetaria en een Mexicaans restaurant.

Vanaf de omgeving van het Mausoleum is er een gratis tuc-tuc shuttle-dienst naar Palm Karting.

Info: www.visiter-monastir.blogspot.com/2009/10/palm-karting-monastir.html


 

Kairouan

De grote moskee
De grote moskee

Kairouan, ook wel bekend als Qayrawan, Kayrawan, Kairwan, is de hoofdstad van het gouvernement Kairouan in Tunesië. De stad werd gesticht in 670 door Sidi Uqbah Ibn Nafi, een metgezel van de profeet Mohammed. Kairouan diende als een garnizoensstad van waaruit het offensief werd gelanceerd, dat resulteerde in de Islamitische politieke en religieuze onderwerping van de Maghreb ( Noordwest-Afrika ). Het werd gekozen als de hoofdstad van Noordwest-Afrika door de eerste Aghlabid heerser.

Onder de  Aghlabiden beleefde Kairouan in de 9e eeuw zijn belangrijkste bloeiperiode. Het was een belangrijk eindpunt van de  Trans Sahara Handelsroute waardoor de stad rijk en machtig werd. Ook werd in deze periode de Universiteit van Kairouan gesticht en vervulde een belangrijke rol in Noord-Afrika. Studenten kwamen van heinde en ver naar Kairouan om de Koran te leren. De heerschappij van de Aghlabiden

duurde tot 909 toen de Fatimiden de stad veroverden en Kairouan verwaarloosd werd.

In 1056 werd Kairouan vernietigd door de Arabische Banu Hilal en Banu Sulym. Onder de Hafsiden in de 13e eeuw kreeg de stad iets van haar oude glorie terug en Kairouan begon een eervolle plaats te worden in het land en in de hele Islamitische wereld.

In 1881 werd Kairouan ingenomen door de Fransen, waarna ook niet moslims in de stad werden toegelaten.

 

Vandaag de dag is Kairouan de meest bezochte stad in het centrum van Tunesië, dankzij de rijke Islamitische erfgoed. Na Mekka, Medina en Jeruzalem is Kairouan voor soennitische moslims de vierde heilige stad. De stad heeft ook voor joden een speciale betekenis, volgens een legende vertrok een groep van vier rabbijnen uit Babylon op missie naar het meditarrane gebied. Ze werden op zee aangevallen door piraten  en uiteindelijk naar vier verschillende steden gestuurd, waaronder Kairouan. Zo ontstond er in de stad een Joodse gemeenschap. In de 13e eeuw werden de joden uit Kairouan verdreven.

 

De Medina van Kairouan is de best bewaarde in Tunesië, het is door een 10 meter hoge muur en een aantal torens omgeven. De huidige muren werden gebouwd in 1706-1712 op de fundamenten van muren uit 1052 en zijn meerdere malen gerestaureerd. In de Medina bevinden zich alle monumenten van Kairouan.  Via de Bab Chouada ( Poort van de Martelaren ) komt men de zuidzijde van de Medina binnen. Tegen de muur staat de Kasbah uit de 11e eeuw. In de Reu Sidi Ali Berhaouane ( Hoofdstraat ) vind men veel winkeltjes en deze weg leidt verder naar de bron Bir Barouta.

De Moskee van de Barbier van de profeet stamt uit de 17e eeuw en is eigenlijk een Zaouia ( een Islamitische religieuze school of klooster ). 

In de noordoosthoek van de Medina, op de hoek van de Grote Moskee, bevindt zich een bastion met een trap naar de bovenzijde van de stadsmuur. Hier kan men een stuk over de muur wandelen en de stad overzien. 

Richting het oosten, achter de souks, ligt de Djamaa Tleta Bihane ( Moskee van de drie Poorten ) uit 866.

De grootste bezienswaardigheid van de stad is de Grote Moskee van Sidi-Uqba, ook bekend als de Grote Moskee van Kairouan. De Moskee werd gebouwd in 670 en herbouwd door Emir Ziyadat Allah in 836 en later weer herbouwd door Emir Ibrahim Ahmad in 863 en diende als bedevaartsoord voor Noord-Afrikanen die niet in staat waren de lange reis naar Mekka te maken.  Er wordt gezegd dat zeven bedevaarten naar Kairouan gelijk staat als een bedevaart naar Mekka.

Net buiten de Medina zijn de waterbassins van de Aghlabiden uit het begin van de tweede helft van de 9e eeuw. Ze worden beschouwd als de meest belangrijke waterbouwkundige werken in de geschiedenis van de Islamitische wereld.

Kairouan staat op de werelderfgoedlijst van de Unesco.

Info:  www.tunisia.com/kairouan/

looklex.com/tunisia/kairouan.htm

 


 

El Djem

Amfitheater
Amfitheater

Thysdrus ( El Djem ) werd gebouwd in 46 voor Chr. op voormalige Punische nederzettingen. De stad floreerde vooral in de 2e eeuw toen het een belangrijk centrum voor de productie en export van olijfolie was.

Tussen 230-238 wedijverde Thysdrus met Hadrumetum ( Sousse ) als tweede stad van het Romeinse Noord-Afrika, na Carthago.

 

El Djem is bekend om zijn Amfitheater die naar schatting 35.000 toeschouwers kon plaatsen en nu een groot toeristische attractie is.

Het rond 238 gebouwde Amfitheater is het op twee na grootste Romeins theater, na Rome en Capua en is waarschijnlijk hoofdzakelijk gebruikt voor Wagenrennen en Gladiatorenshows. De Arena is 65 meter lang en 39 meter breed. Onder de Arena zijn vertrekken en doorgangen voor gladiatoren, gevangenen en dieren en verbleven hier tot ze de Arena in moesten. Het Amfitheater is 148 meter lang, 122 meter breed en meerdere lagen tot 35 meter hoog. De bovenste laag werd gebruikt als tribune voor de rijken en was overdekt tegen de zon. 

Een gedeelte van de wanden is weg , doordat er in 1695 een groot gat werd geschoten om de schuilplaatsen van de rebellen bloot te leggen in hun strijd tegen de Ottomanen. 

Ook  werden stenen van het theater gebruikt voor de bouw van het dorp El Djem en de Grote moskee in Kairouan. 

Sinds 1979 staat het Amfitheater op de werelderfgoedlijst van de Unesco.

Info:  whc.unesco.org/en/list/38

 


Sbeitla

Ruïnes van Sbeitla
Ruïnes van Sbeitla

Sbeitla is een kleine stad in het noorden van Tunesië. Dichtbij liggen de ruïnes van Sufetula ( Sbeitla ), met daarin de best bewaard gebleven Forum in Tunesië. De ruïnes werden laat ontdekt. De opgravingen van de belangrijke christelijke monumenten begonnen in de jaren vijftig en zestig.

 

De oudste sporen van beschavingen in Sbeitla zijn Punische Megalieten en Stele's ( gedenkstenen ). In die tijd werd het gebied bewoond door Nomadische stammen, totdat het Derde Augusta Legioen een kamp oprichtte in Ammaedara. Na de overgave van de Berberleider Tacfarinas werd het gebied gepacificeerd ( tot rust gebracht ) en kwam het onder controle van de Romeinse keizer Vespasianus en zijn zonen.

De stad bloeide tussen de 2e en 3e eeuw na Chr. mede door de olijfproductie, te oordelen naar de vondsten van olijfoliepersen. De daaruit voortvloeiende welvaart maakte de bouw mogelijk van een schitterend Forum en andere gebouwen. 

In de nadagen van het keizerrijk raakte de stad in verval. Het werd omsingeld en bezet door Vandalen, een feit dat werd aangetoond door de verschijning van tempels gewijd aan de barbaarse goden.

Door de komst van de Byzantijnen in 534 begon een periode van voorspoed.

In 646 verklaarde de Prefect Gregorius zijn onafhankelijkheid van het Byzantijnse Rijk en nam de controle van Tunesië over, met behulp van Numidië. Hij verklaarde zichzelf tot keizer en maakte Sufetula zijn hoofdstad. Slechts een jaar later, in 647, werd de stad geplunderd waarbij Gregorius werd gedood. Hoewel de Arabieren uit Tunesië vertrokken, betekende dit het einde van christelijk Tunesië.

 

Bezienswaardigheden in Seibtla zijn :

Sbeitla's forum is het meest indrukwekkende deel van het hele terrein, met zijn drie bijna intacte tempels in het centrum.

De Tempel van Minerva is in de beste conditie, terwijl de Tempel van Jupiter ernaast bijna alle muren nog heeft. De Tempel van Juno is er het slechtst aan toe. 

Ten zuiden van het forum is de Boog van Antonius Pius, gebouwd in 139 na Chr. Het is een van de mooiste bogen in Tunesië.

Indrukwekkend zijn de Grote Baden, waar grote mozaieken vloeren vrijwel ongeschonden bewaard zijn gebleven. Ze hebben een oppervlakte van 100 x 50 meter en dateren uit de 3e eeuw na Chr. 

De Doopkapel Bekken van de Basiliek van Sint-Vitalis ligt in een aparte kamer achter de apsis van de kerk. Het dateert uit het einde van de 6e eeuw.

Sbeitla heeft drie openbare fonteinen uit de 4e eeuw, waarvan het beste het dichtst bij het forum is gelegen. 

De Boog van Diocletianus was de zuidoostelijke ingang van de stad en werd laat in de 3e eeuw na Chr. gebouwd.

Het museum heeft een aantal mooie mozaieken, een paar beelden, gedenkstenen en een 5e eeuws altaar.

Info:  www.planetware.com/map/sufetula-map-tun-suf.htm  ( plattegrond Sbeitla )

http://www middleeast.com/sbeitla.htm


 

Dougga

Ruïnes van Dougga
Ruïnes van Dougga

Dougga ( Thugga in het Latijns ) ligt in het noorden van Tunesië en was een oude Romeinse stad.

Archeologische opgravingen hebben aangetoond dat Dougga sinds het midden van de tweede eeuw voor Chr. bewoond is geweest.

 

In de 4e eeuw voor Chr. besloten de Grieken van Sicilië o.l.v. Agathodes de Carthagers te bestrijden op hun eigen grondgebied.

 In 202 voor Chr, capituleerde Carthago aan het einde van de tweede Punische oorlog en kregen de Numidiërs de controle over Thugga.

Onder het bewind van Massinissa ( 202-148 ) en zijn zoon Micipa beleefde Thugga een gouden tijdperk.

Een eeuw later werd Thugga veroverd door de Romeinen en werd de Stad toegevoegd aan de Romeinse provincie "Africa Proconsularis". Tijdens de Romeinse tijd bestond de stad uit twee districten- een voor de lokale bewoners en een voor Romeinse kolonisten. 

Een voorspoedige tijd beleefde de stad, onder de uit Libië stammende Keizer Septimius Severus en zijn opvolgers aan het einde van de 2e en begin 3e eeuw. Thugga werd een Romeinse stad dat werd geregeerd door haar eigen burgers, en bereikte de status van een kolonie waarin alle burgers de Romeinse burgerschap kregen.

Er veranderde veel in de stad toen Byzantijnen de stad in de 6e eeuw overnamen. Veel gebouwen werden afgebroken, de stenen werden gebruikt om het Forum en de Tempel van Jupiter te omsluiten.

In de middeleeuwen werd Dougga nog steeds bewoond zoals blijkt uit de ontdekking van een groot aantal aardewerken voorwerpen, een stoombad en een klein moskee op de basis van een Romeinse tempel van Fortune

 

Bezienswaardigheden in Dougga zijn o.a.

Het Theater uit 168 na Chr.  is gebouwd op een heuvel en biedt plaats aan 3500 toeschouwers. Het werd aan de stad geschonken door een van haar rijkste families.

Het Capitool uit 166 na Chr. was de belangrijkste tempel in de stad en was gewijd aan de goden Jupiter, Minerva en Juna. De drie goden hadden elk hun niche. Jupiter had de grote in het midden met daarin een 6 meter hoog wit marmeren standbeeld.

De Licinian Baden uit de 3e eeuw werden voornamelijk gebruikt in de winter. Veel muren zijn nog intact evenals een tunnel die gebruikt werd door de slaven die hier werkten.

Het Numidische Mausoleum werd in de 2e eeuw voor Chr. gebouwd voor een Numidische prins. Het heeft Grieks en Egyptische invloeden. De Toren is 21 meter hoog en heeft een piramide dak. Het staat aan de zuidelijke rand van het terrein.

De Tempel van Caelestis dateert uit het begin van de 2e eeuw. Het heeft een rechthoekige vorm met aan de voorkant een brede trap en oorspronkelijk zuilen aan vier kanten. Er staan nog zuilen aan twee kanten van de tempel.

In de Tempel van Saturnus staan nog slechts enkele zuilen, maar desondanks kan men zich nog een goede voorsteling maken hoe het geweest moet zijn.

 Dougga heeft nog twee bogen, maar de Boog van Alexander Severus is het beste bewaard gebleven. Hij dateert uit 225 na Chr.

Verder zijn de Straten interessant, de Latrinus, het Bordeel, het Plein van de Winden, Reservoirs, Tempel van Tellus en andere kleine tempels.

Info:  www.dougga.rnrt.tn 

Plattegrond Dougga:  www.planetware.com/map/dougga-map-tun-doug.htm